De ondeugende kaboutertjes

In Kabouterlonië, een plaatsje ergens diep in de bossen van Finland, wonen de Bibakabouters: een kaboutervolkje dat voor de bossen zorgt en de bomen en de blaadjes elk seizoen verven. En in Kabouterlonië bij de bibakabouters woonde een bibagezinnetje met een kabouter Papa, een kabouter Mama en twee kabouter Kindertjes die de namen Sterretje en Maantje hadden, en omdat Sterretje en Maantje nog niet zo oud waren mochten ze dus de jonge boompjes verven. Maar nu moet je weten dat het hele ondeugende kindertjes waren, dat Sterretje en Maantje, en als de takken donkerbruin moesten omdat het herfst was, maakten ze de bomen licht zodat het leek of ze heel droog waren en daarvan raakte het mensenvolk in de war en gingen ze water geven wat teveel was. Op deze manier gingen er dus veel bomen dood, en dat kan natuurlijk niet in een kabouterbos!!!!
Dus Papakabouter en Mamakabouter besloten dat Sterretje en Maantje gestraft moesten worden. Maar ja, hoe straf je een ondeugend kabouterkind en dan nu zelfs twee? Dat was al eeuwen niet gebeurd. Ze besloten naar Pimpole te gaan, een hele wijze uil die al zolang ze zich konden heugen in het bos woonde. Ze legden hem het probleem voor, en vroegen of hij hen kon helpen met een juiste straf. Pimpole knikte minzaam zijn wijze hoofd terwijl hij mompelde: "Die jeugd ook, oehoe, komen jullie morgen maar terug dan kan ik de boeken kijken." Zo gezegd, zo gedaan. Dus de andere dag gingen de kabouter Papa en Mama terug naar Pimpole voor het antwoord. "Goedendag," oehoed Pimpole tegen Papa en Mama, "ik heb de perfecte straf gevonden. We sturen ze een maand naar de Veldelfen dan leren ze die streken wel af!" Hier schrokken Papa en Mama wel van want Elfen die wonen in het open veld en als een Kabouter gezien wordt door de mensen mag hij of zij nooit meer terug naar het kabouterbos. Snikkend vroeg Mama kabouter: "Is er echt geen andere oplossing? Kunnen ze niet naar de Boselfen, is dat niet straf genoeg?" "Nee, nee" oehoede Pimpole "als je wilt dat ze leren, moet je ze daarheen sturen."
Dus met lood in de schoenen gingen Papa en Mama het nieuws bij Sterretje en Maantje brengen. Toen ze het hoorden begonnen ze hard te huilen en beloofden dat ze het nooit meer zouden doen,maar er hielp geen moedertjelief aan en de andere dag brachten Papa en Mama hun voor een hele maand naar de Veldelfen. Oh, oh wat snikten Sterretje en Maantje. "We willen niet!" en ook Mama was aan het sniffelen, maar Papa was onverbiddelijk, ging het elfenkasteel in en bracht Sterretje en Maantje bij de Elfenkoningin. Hij legde uit waarom het de wens van hem en Mama was dat hij de deugnieten daar een maand kon laten blijven. Natuurlijk vond Fiona, zo heet de Elfenkoningin, het goed en zo gingen Papa en Mama naar huis zonder Sterretje en Maantje.

 

Fiona was heel lief voor de kinderen, want Elfjes zijn zachtaardig en vriendelijk voor iedereen, en ze legde Sterretje en Maantje uit hoe ze de bloemen konden verven. Dat doen de Veldelfjes en omdat ze graag naar huis wilden keken Sterretje en Maantje goed naar hoe Fiona dat deed, en al snel maakten ze zelf hele mooie bloemetjes. Maar ja, je begrijpt dat een Kabouterkind dat altijd buiten in de bossen loopt al gauw verveeld raakt in een ondergronds kasteel, en de maand duurde voor Sterretje en Maantje een eeuwigheid.
Maar eindelijk was de dag gekomen dat ze weer naar huis mochten en ondanks dat Fiona heel lief voor hen was, waren ze hier maar wat blij om. Dus gauw knuffelden ze Fiona en renden snel naar boven naar hun Papa en Mama. Die waren heel blij dat ze Sterretje en Maantje weer zagen, want ze hadden ze erg gemist en ze namen ze dus gauw mee naar huis waar het hele plaatsje op hen wachtte.


En ze gaven een heus groot kabouterfeest weet je wel zo één met een vreugdevuur en allemaal mooie lichtjes en kaboutermede en ga zo maar door. Zó blij waren ze dat Sterretje en Maantje eindelijk terug waren gekomen. En wat Sterretje en Maantje aangaat: die schilderden voortaan de mooiste bomen, want bij de Elfjes hebben ze de verfijning geleerd. En nu als je in Finland in dat bos komt en je luistert goed dan hoor je Bibakabouters hun muziek maken dat klinkt alsof engeltjes hun zelf begeleiden. Sterretje en Maantje vonden allebei een lief BibaKaboutervrouwtje en nu hebben ze een grote Bibakabouter familie. En in Kabouterlonië is het elke dag feest en als ze niet gestorven zijn dan leven ze nu nog gelukkig

Copyright - Anneke Ruissen (Mavelle)