De kabouter in het land van Neptunus

De Fantasie zee hoef je niet in je atlas op te zoeken. Ze bestaat wel, maar je vindt haar op geen enkele kaart. Midden in deze zee ligt het land van de kabouters. En het mooiste meisje van dat land heet Marcella. Gelukkig is ze niet alleen beeldschoon, maar ook heel lief en goed.

Op zoek naar de blauwe vogel

Valentijn is een kabouter als alle andere, behalve dan dat zijn hart alleen klopt voor Marcella. Vanaf de dag dat hij Marcella in de ogen keek, stond zijn besluit vast: hij moest en zou haar liefde winnen.
Dit is het verhaal van de gevaren die Valentijn moest doorstaan om zijn droom waar te maken.

Met de Blauwe Vogel onder zijn arm gaat Valentijn aan boord van een schip dat hem naar zijn liefste meisje terug zal brengen. Maar wie zijn die boeven die daar op de kade staan te fluisteren? Het zijn Raskras de tovenaar, vermomd als leeuwenpiraat, zijn trouwe spion Aja, de rode papegaai, en twee handlangers die nergens voor terugdeinzen. Pas op, Valentijn!

De tovenaar wil alles doen om te voorkomen dat Valentijn met de Blauwe Vogel in Kabouterland terugkeert. Het schip is nog maar net op volle zee, of een verschrikkelijks storm steekt op. Temidden van de golven dreigt plotseling Raskras, in de gedaante van een afschuwelijke draak, het scheepje op te slokken. Nog nooit is de Fantasiezee zo tekeergegaan!

Aan boor breekt paniek uit: de reddingssloep wordt neergelaten voor de ongelukkige passagiers. Maar Valentijn valt met de Blauwe Vogel in het water!
“Help, ik kan niet zwemmen!” roept de kabouter. Rakras heeft Aja gestuurd om de kooi met de Blauwe Vogel te redden. Alles lijkt verloren voor onze kleine vriend!

Net als de gemene papegaai de kooi uit zijn handen rukt, kan Valentijn zich vastgrijpen aan een balk. De zee kookt: de schipbreukelingen schreeuwen van angst en vechten wanhopig tegen de woeste golven.
“Ik verdrink!” huilt onze kabouter, terwijl de golven steeds hoger en hoger worden…

Al gauw verdwijnt de arme Valentijn naar de diepten van de zee. Hij heeft bijna geen lucht meer en zijn laatste gedachten zijn voor Marcella, die hij nu nooit meer zal zien. Maar in oude boeken staat geschreven dat de dapperen altijd een uitweg vinden. De goudvissen begrijpen dat de vreemde bezoeker in gevaar is en halen vlug hun vriendjes, de diepzeekabouters.

Twee lieve dochters van de goede koning Neptunus brengen Valentijn naar hun vader, die hem een toverdrank geeft. Zo kan hij onder water ademen…
Het is de hoogste tijd, want de kleine Valentijn geeft geen teken van leven meer.
Nieuwsgierig komen alle diepzeekabouters bij hun koning kijken. Het is de eerste keer dat ze een neefje van het land boven de zee kunnen zien.

Langzaam komt Valentijn bij. Dan vertelt hij zijn hele avontuur aan zijn goede redders.
“Er is nog niets verloren!” roept Neptunus uit. “Ik weet zeker dat je raskras nog kunt overwinnen en Marcella kunt terugvinden.
“Maar gaat hij dan weer weg? Wat jammer!” zuchten de dochters van de koning. “Die kabouter is zo’n aardige jongen…”
Valentijn is wanhopig en trappelt van ongeduld om zijn reis voort te zetten.

Op de rug van een zeeschildpad neemt Valentijn afscheid van zijn diepzeevrienden.
“Alsjeblieft, voor jou”, zegt Neptunus, terwijl hij Valentijn een vreemde schelp geeft. “Als je ooit in gevaar bent, blaas dan in deze toverschelp! De vriend die je het meest nodig hebt, zal dan direct komen.

Even later spoelt Valentijn op het strand aan. Heerlijk vind hij het, weer vaste grond en pure lucht! Maar die vreselijke Aja zit boven op een rots en houdt hem in de gaten. Valentijn ziet hem niet eens. Hij denkt alleen maar aan Marcella. Binnenkort zal hij haar in zijn armen houden.
“Ik houd van haar en dat is het enige wat telt!”

In mensenboeken staat vaak dat kabouters niet bestaan. Maar ik ben er zelf één en ik kan je verzekeren dat we heus echt bestan. Net als jij, zijn wij dol op verhaaltjes. Als het donker wordt, komen we samen om naar de vertellers te luisteren.

Mijn overgrootvader kon heel goed vertellen. Van hem stamt het verhaal over Valentijn. Mijn grootvader en mijn vader vertelden het na hem. Nu is het mijn beurt. Avond aan avond vertel ik in geuren en kleuren over de heldendaden van de dapperste dwerg van allemaal.

In dit boek ontdek je onze wereld en hoe we leven. Voor mij is Valentijn een groot voorbeeld: hij laat zien hoe je de grootste gevaren kunt overwinnen als je hart maar op de goede plaats zit. En als dat hart ook nog vol liefde is, kan zelfs de gemeenste tovenaar er niet tegen op!