Het elfje van
de haagwinde
"Wat zingt de nachtegaal mooi", riep het elfje van de haagwinde
verrukt toen ze naar het prachtige gezang van de nachtegaal luisterde.
Plotseling hoorde ze vlakbij iemand snikken. "Ssst," siste ze een
beetje boos, "zo kan ik de nachtegaal niet horen."
Maar het snikken hield niet op, het werd juist erger. "Ik kan beter maar
gaan kijken, wie daar zo snikt", zuchtte het elfje. "Er schijnt iemand
heel veel verdriet te hebben."
Het elfje keek diep in een van haar witte bloemkelkjes, waar het snikken vandaan
kwam. Daar zag ze een lieveheersbeestje. "O, ben jij het die zo
verschrikkelijk snikt?" "Ja", snikte het kevertje. "Maar
waarom huil je dan? Kan ik je soms helpen? Zeg het maar", zei het elfje vol
medelijden. Het kevertje keek zo verdrietig, dat het elfje haar boosheid meteen
vergat. "Mij kan niemand helpen, behalve de nachtegaal. En die eet mij
direct op als hij me ziet. Vogels lusten ons kevers heel graag, zoals je
weet." "Ja, dat is waar", knikte het elfje. "Maar waarom heb
je de nachtegaal nodig om je te helpen? Kun je mij dat uitleggen?"
"Dat kan ik wel, maar het helpt me geen zier. Ik kom er geen steek verder
mee. Maar goed, luister. Weet je waarom ik zo'n verdriet heb? Dat komt doordat
de nachtegaal zo mooi zingen kan, en ik niet. Begrijp je?"
Nee, daar begreep het elfje helemaal niets van. Waarom wilde een
lieveheersbeestje zo kunnen zingen als een nachtegaal? Vreemd. "Omdat mijn
verloofde dat wil. Zij heeft de nachtegaal horen zingen en nu wil ze dat ik net
zoals de nachtegaal kan zingen, anders gaat ze niet met me trouwen, zei ze. En
nu wil ik zo graag aan de nachtegaal vragen of hij me zangles wil geven. Maar
dat durf ik niet. Ik ben bang dat hij me meteen als hapje tussendoor oppikt
zodra hij me ziet. Begrijp je het nu?" Ja, nu begreep het elfje alles.
"Wat is jouw verloofde een dom beestje, zeg", zei ze een beetje boos.
"Ze verlangt van jou dat je net zo kunt zingen als de nachtegaal. Ik zie je
al op een heg zitten en een liedje zingen. Ik denk dat je door iedereen
vreselijk uitgelachen wordt. Als ze van je houdt, ziet ze hoe mooi je bent. Ze
ziet hoe mooi je vleugels glimmen, je prachtige stippen, je sierlijke
vleugelslag. En jij kunt één ding wat de nachtegaal niet kan. En dat is de
mensen mooi weer brengen. Mooi weer en geluk, vergeet dat niet. Vertel haar dat
allemaal en als ze dan nog van je verlangt om te zingen, laat je haar gewoon
staan. Dan neem je meteen een ander, want dan houdt ze helemaal niet van je. Dus
vlieg maar naar haar toe en vertel haar dat allemaal en doe de groeten van
mij."
Dat deed het lieveheersbeestje. Opgelucht vloog hij weg. Het elfje van de
haagwinde wenste hem veel geluk. Een lieveheersbeestje kan soms zelf ook wel een
beetje geluk gebruiken.
|