De eekhoorn in
het gruttenbos
Aan de rand van de stad lag een heel
groot bos, de mensen noemde het het gruttenbos.
Elke dag gingen Keesje en Tamara er heen om te
spelen.
Zo ook vandaag. Tamara liep voorop en hoorde een
raar geluid uit het bos komen.
Het leek wel een gewond diertje. Meteen rende ze
er op af en ja hoor, aan de voet van een grootte
eik lag een eekhoorntje. Ze lag daar te huilen.
Maar eekhoorn zeiden Tamara en Keesje waarom huil
je toch?.
Nou zei de eekhoorn, ik ben deze morgen met mijn
moeder en mijn broertje en zusje gaan wandelen en
nu zijn ze me vergeten. Ik ben mijn familie kwijt.
Maar eekhoorn zei Tamara, waar woon je dan?.
Dat weet ik niet antwoordde de eekhoorn, ik ben nog
maar klein.
Wat zielig zei Keesje, kom Tamara we moeten haar
moeder gaan zoeken.
Weet je wat Tamara jij wacht hier en ik ga zoeken.
Oké zei Tamara, wel opschieten!
Het eekhoorntje was blij.
Hoe heet je eigenlijk? vroeg Tamara. Ik heet Cherry
antwoordde het eekhoorntje. Ik ben Tamara.
En daar kwam Keesje aangerend samen met de moeder
van Cherry.
Cherry rende op haar moeder af. Wat ben ik blij
dat ik je terug heb zei de moeder.
Maar kom we moeten naar huis toe. Dankjewel dat
jullie me hebben geholpen zei Cherry.
En toen liepen ze samen weg. Zo zei Keesje weer
iemand geholpen.
Maar kom het is 6 uur we moeten naar huis, we
moeten eten.
Toen ze thuiskwamen vertelde ze moeder alles en
moeder was heel trots op haar kinderen.
Als dank kregen Tamara en Keesje een lekker ijsje.
door Christel
Schravendeel, 14 jaar
|