Edain de Elf
Hij zag een vrouw bij de bron met een kam
van blinkend zilver versierd met goud. Zij waste
het haar in een zilveren kom met vier gouden
vogels erop en met roodglanzende edelstenen aan de
rand. Ze droeg een langharige purperen mantel van
mooie wol en op die mantel sierspangen met fijn
zilverwerk, royaal versierd met goud; een
onderkleed met lange kap, van groen zijde met
rood-goud borduursel, stevig en glad; schitterende
opsmuk van goud en zilver met ineengevlochten
diervormen op haar borst en aan beide zijden van
haar schouders op het onderkleed.
De zon scheen op haar zodat de mannen duidelijk
het geglinster van het goud konden zien op de
groene zijde. Zij had twee goudgele vlechten op
het hoofd; elk was gevlochten uit vier staartjes
met een kraal aan het einde van elk. De kleur van
haar haren deed hen denken aan de bloem van de
gele lis, of aan gepoetst rood goud.
Vanuit haar schouders staken ragfijne, bijna
doorzichtige vleugels, die zachtjes trilden in de
wind en alle kleuren van de regenboog
weerspiegelden in de kreek.
Dit verhaaltje komt uit de
9de eeuw, uit Ierland.
Het land van de oorsprong van de elfen.
Uit: Ontdek de wereld van de Kelten.
Met dank aan Fairy's dream club id 2760
|