Duitse legende
Op kerstavond lang geleden was een moeder
het hele huis aan het schoonmaken voor de eerste
kerstdag. De dag dat het kerstkind komt, om het
huis te zegenen. Nergens was meer stof te bekennen
in het huis, zelfs de spinnen werden verbannen uit
de hoeken van het plafond. De spinnen waren
gevlucht naar de zolder. De kerstboom was prachtig
versierd. De spinnen waren boos, omdat ze niet de
kerstboom konden zien en de komst van het
kerstkind.
Tot de oudste en wijste spin op het idee kwam
te wachten tot iedereen in huis naar bed was en
dan te gaan kijken. Toen het eindelijk donker en
stil in huis was gingen ze naar beneden. Toen de
spinnen de kerstboom naderden waren ze door het
dolle heen, omdat de boom zo mooi was. Ze sprongen
en dansten tussen de takken door. Dit ging de hele
nacht door tot de boom vol zat met spinnenwebben.
In de ochtend toen het kerstkind kwam om het huis
te zegenen, was hij verbijsterd. Het kerstkind had
de spinnen lief, omdat het ook schepselen van God
waren. Maar hij wist dat de moeder hard had
gewerkt om het huis en de boom zo mooi te krijgen,
ze zou erg verdrietig hierom zijn. Vol liefde en
een lach om zijn mond raakte hij de spinnenwebben
aan in de boom. Toen hij dat deed begonnen al de
spinnenwebben in de boom te sprankelen en
schitteren in de kleuren goud en zilver. Vanaf die
tijd hangen mensen gouden en zilveren versierselen
in de boom, ook is het de gewoonte geworden om een
spin als decoratie in de boom te hangen
|