De draak met
twee koppen
Er was eens een jongetje dat Martijn
heette. Hij moest wat halen van zijn moeder en dat
was ham. Hij kreeg geld van zijn moeder. De slager
was in het bos, dus ging hij naar het bos. Maar
daar was een draak dat wist Martijn niet. Dus zag
hij de draak. Er was een meisje gevangen genomen
en de draak hij blies vuur. Er lag een zwaard op
de grond dus pakte hij het zwaard. De draak zag
Martijn.
Hij ging op Martijn af en het meisje rende snel
weg. Martijn hakte een kop eraf en toen kwamen er
twee koppen uit. Hij rende heel snel naar huis en
ging het verhaal vertellen aan zijn moeder. En
zijn moeder schrok en viel flauw. Opnieuw ging hij
naar het bos, maar de draak was er
niet meer. Nu stond er een huisje op de plek waar
de draak was geweest. En toen was de slager er
weer. Dus ging hij ham kopen en de baas achter de
balie was een draak. Martijn vroeg waar is je
baas. "Daar", zei hij, en dat was de draak met
twee koppen..
door Martijn
Dokkum |